a. Kasgeldlimiet
Om het renterisico op schulden met een looptijd van minder dan één jaar te beheersen is de kasgeldlimiet in het leven geroepen. De kasgeldlimiet geeft aan hoeveel de gemeente maximaal mag financieren met kortlopende schulden. Indien de kasgeldlimiet meer dan 2 kwartalen achtereen wordt overschreden, dient de gemeente maatregelen te nemen. In de tabel hieronder wordt weergegeven hoeveel de kasgeldlimiet voor de gemeente bedraagt. De tabel werkt met gemiddelden per kwartaal. Het beleid is er op gericht om binnen de norm te blijven.
Kasgeldlimiet | Eerste kwartaal | Tweede kwartaal | Derde kwartaal | Vierde kwartaal |
|---|---|---|---|---|
Omvang begrotingstotaal (lasten) per 1 januari 2020 | 156.597 | 156.597 | 156.597 | 156.597 |
Toegestane kasgeldlimiet | ||||
- in procenten van de grondslag | 8,50% | 8,50% | 8,50% | 8,50% |
- in bedrag | 13.311 | 13.311 | 13.311 | 13.311 |
Omvang vlottende korte schuld (+/+) | ||||
Opgenomen gelden < 1 jaar | 0 | 0 | 0 | 0 |
Schuld in rekening courant | 2.319 | 964 | 3.506 | 5.400 |
Gestorte gelden door derden < 1 jaar | ||||
Overige geldleningen niet zijnde vaste schuld | ||||
Totaal vlottende korte schuld | 2.319 | 964 | 3.506 | 5.400 |
Vlottende middelen (-/-) | ||||
Contante gelden | 9 | 11 | 10 | 8 |
Tegoeden in rekening courant | 13.740 | 5.392 | 10.632 | 10.393 |
Overige uitstaande gelden <1 jaar | ||||
Totaal vlottende middelen | 13.749 | 5.403 | 10.642 | 10.401 |
Toets kasgeldlimiet | ||||
Totaal netto vlottende schuld | -11.430 | -4.439 | -7.136 | -5.002 |
Toegestane kasgeldlimiet | 13.311 | 13.311 | 13.311 | 13.311 |
Ruimte (+) / overschrijding (-) | 24.741 | 17.749 | 20.446 | 18.312 |
Uit het overzicht hierboven blijkt dat de kasgeldlimiet gedurende het hele jaar 2020 ruim binnen de kasgeldlimiet is gebleven. Eind 2019 is een langlopende geldlening van 40 miljoen aangetrokken. Hierdoor waren er gedurende het hele jaar 2020 voldoende financieringsmiddelen beschikbaar en hoefde er geen kasgeldleningen te worden aangetrokken.
b. Renterisiconorm
De renterisiconorm is bedoeld om het renterisico op langlopende leningen (langer dan 1 jaar) te beperken. Door toepassing van de norm wordt spreiding verkregen in de looptijden van de leningenportefeuille. In een jaar mogen de herfinancieringen als gevolg van aflossingen en renteherziening van leningen, niet meer bedragen dan 20% van het begrotingstotaal.
Onderstaande tabel geeft weer hoeveel de jaarlijkse aflossingen op de vaste schuld nog mogen toenemen. Het beleid is er op gericht om binnen de norm te blijven.
Renterisiconorm | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 |
|---|---|---|---|---|
Begrotingstotaal lasten | 156.597 | 168.467 | 165.252 | 160.253 |
in procenten van het begrotingstotaal lasten | 20,00% | 20,00% | 20,00% | 20,00% |
in bedrag | 31.514 | 33.693 | 33.050 | 32.051 |
Renteherziening op vaste schuld o/g | 0 | 0 | 0 | 0 |
Aflossingen | 11.760 | 10.156 | 10.182 | 10.210 |
Ruimte (+), overschrijding (-) van renterisiconorm | 19.754 | 23.538 | 22.868 | 21.868 |
c. Renterisico
Renterisico’s worden naast de kasgeldlimiet en de renterisiconorm beperkt door:
- het hanteren van een actuele liquiditeitsprognose. De liquiditeitsprognose geeft een doorkijk in de liquiditeitspositie van 4 jaren. De prognose wordt periodiek geactualiseerd;
- rekening te houden met de bestaande beleggingsportefeuille;
- het hanteren van een actuele rentevisie.